English
We merken het elke dag: in de winkel, aan de benzinepomp of als de energiekosten worden afgeschreven. Alles is duurder geworden. In januari 2022 waren de prijzen 6,4% hoger dan in januari 2021. En net nu heeft Pensioenfonds ING niet alle pensioenen kunnen verhogen. Claas van Veldhoven is sinds 7 jaar met pensioen. Hij vraagt aan actuaris en balansmanager Henk Bruins of dat niet anders kan.
Claas van Veldhoven: “Van veel deelnemers is het pensioen per 1 januari 2022 niet verhoogd. Kan het Fonds niet toch een verhoging toekennen, gelet op de dekkingsgraad en op de gestegen kosten van levensonderhoud? Voor veel mensen is dat echt een probleem. Ook mijn vrouw en ik merken dat alles zo duur geworden is.”
Henk Bruins: “Het is lange tijd niet zo erg geweest met de inflatie! En zeker iets om rekening mee te houden. Als je verder terug kijkt, zie je dat de prijzen de afgelopen twintig jaar met 35% gestegen zijn. Inflatie is een kaalvreter voor de waarde van je inkomen als je er niets aan doet.
Pensioenfonds ING doet er wél iets aan. In diezelfde twintig jaar hebben we de inflatie behoorlijk kunnen bijhouden. Over deze periode lopen we 3% achter op de verhogingen die we in lijn met de prijsstijgingen toekennen en 6% op de verhogingen die we in lijn met de loonontwikkeling toekennen. Tussen beide zit dus ook niet veel verschil. Die achterstanden zijn opgelopen in de tijd dat de werkgever nog verantwoordelijk was voor de verhogingen. Sinds het Fonds in 2014 zelfstandig werd, hebben we de pensioenen telkens volledig kunnen verhogen. Tot nu dan.”
Van Veldhoven: “Maar nu zijn er toch ruim 23.000 deelnemers van wie het pensioen niet verhoogd wordt.”
Bruins: “Dat komt doordat net nu in de cao van ING Bank voor twee jaar geen collectieve loonsverhoging afgesproken is. En bij NN is er nog geen cao. Heel vervelend voor de betrokken deelnemers.”
Van Veldhoven: “Ik heb de indruk dat de rol van de vakbonden minder zal worden. Steeds minder mensen zijn lid. Vakbonden bepalen mede de loonstijging, maar is het dan nog verstandig om van die loonstijging uit te gaan?”
Bruins: “Wij vinden de huidige situatie ook onwenselijk. Om situaties als deze te voorkomen kunnen we ons bijvoorbeeld voorstellen dat deelnemers de wens hebben om ieders pensioen te verhogen met de prijsstijgingen. Wij nemen hierin onze verantwoordelijkheid en zijn in gesprek met werkgevers en vakbonden. Maar we gaan er niet over. Werkgevers en vakbonden gaan er wel over. Dat is in de wet zo vastgelegd.
En iedereen moet goed beseffen wat het zou betekenen als we voor iedereen overstappen op de prijsindex. Met een hoge inflatie is dat wel een flinke aanslag op de middelen van het Fonds. Wij zouden graag iedereen een waardevast pensioen geven, maar de realiteit is dat dat ook heel spannend is als de inflatie hoog is. Harmonisatie naar prijsindex is niet op korte termijn te regelen! Daar komt veel bij kijken en als het gebeurt, zal dat niet heel snel zijn.”
Van Veldhoven: “Kan het Bestuur eenmalig niet toch iets doen? Al geef je maar 1 of 2%.”
Bruins: “Dat kan niet. We zijn gebonden aan fiscale regels. We mogen de collectieve loonsverhoging of de prijsstijgingen volgen, want dat is afgesproken. Maar ook niet meer dan dat. Als we dat wél doen, creëren we een fiscaal onzuiver pensioen. Dan ga je bewust de wet overtreden en krijgen deelnemers met naheffingen te maken. Dat willen we uiteraard niet.
We hebben wel met de Belastingdienst besproken of we misschien een netto uitkering kunnen doen, als het Fonds financieel heel ruim zou zitten. Als dat zou mogen, willen we dat pas doen als het Fonds er financieel nóg beter voor staat.”
Van Veldhoven: “Dat is wel sneu voor de mensen met een loonindex voor hun pensioen. Aan de andere kant mogen we blij zijn dat het Fonds lang wel heeft kunnen indexeren. Veel andere fondsen konden dat niet.”
Bruins: “Elk pensioenfonds moet altijd kijken of het een verhoging langjarig kan blijven betalen. Ook dat is wettelijke verplicht. Ons Fonds staat er goed voor. Maar als we kijken wat er nodig is om de pensioenen tot ver in de toekomst de inflatie te laten bijhouden, lopen we maar net langs het randje.
Als we het bedrag dat daarvoor nodig is vergelijken met onze bezittingen, met ons vermogen dus, dan blijkt de zogenaamde reële dekkingsgraad 95% te zijn. Dit betekent dat we nog nét niet rijk genoeg zijn om tot in lengte van jaren de pensioenen waardevast te kunnen houden. Als je dat weet is het nu niet de tijd om iets extra’s te doen. Aan de andere kant is het zeker niet zo dat uw pensioen straks niets meer waard is.
U chat met:
Tijdens werkdagen kunt u met ons chatten tussen 8.30 en 17:00
Welkom bij onze chat
